Victoria Spatz, mooi maar brandgevaarlijk
De Spatz, later omgedoopt tot Victoria 250, is een vierwielige microcar die werd gebouwd tussen 1956 en 1958.
De carrosserie van glasvezel leek op een sportwagen, maar was met slechts 10 pk (7 kW) te zwak om als zodanig te kwalificeren, hoe licht hij ook was. Achteruit rijden was, net als bij de Messerschmitt KR200, door de motor achteruit te laten lopen, of gewoon te duwen . De auto was mechanisch vergelijkbaar met de KR200, maar met een enkele zitbank voor twee of drie personen naast elkaar.
De auto was oorspronkelijk door Egon Brütsch ontworpen als de Brütsch 200 "Spatz"(Duits voor mus), een glasvezel driewieler met de ophanging van de voorwielen en het achterwiel direct op de carrosserie. Als zodanig bleek de constructie van de auto ondeugdelijk en proefritten op ruwe wegen leidden tot ernstige scheuren in de carrosserie.
De Spatz werd gebouwd onder de naam "Victoria 200" door de "Bayerische Autowerke GmbH" opgericht in 1956 door H.Friedrich en de Victoria werken in Nurnberg. De motor had 200cc en 4 versnellingen en aanvankelijk 3 wielen (1 achteraan). Naar het einde toe had hij zowaar een electromagnetische koppeling, welke werkte met een druk op een knop.
De firma "Burgfalke" in Burglengenfeld bij Regensburg nam 130 carrosserieën, montage-installaties en materiaal over.
Zodra het ontwerp was verkocht, ontwikkelde de Spatz zich tot een volwaardige Victoria 250 met 4 wielen, wat aantoont dat dit economische wonder van Duitsland veel liefhebbers had onder kleine auto's. De eencilinder tweetaktmotor was gegroeid van 200 naar 250cc en was nu vrij snel, maar ook te duur.
In een oude glaspolijstfabriek wilde ze de mus in een valk veranderen. Echter maar weinig "Burgfalkes" verlieten de fabriek.
Vanwege de tekortkomingen in het oorspronkelijke ontwerp, vroeg Friedrich de toen 77-jarige Hans Ledwinka, de voormalige Tatra-ingenieur, om een robuust chassis voor de auto te ontwerpen. Het resultaat was een centraal buisframe en vier wielen - in tegenstelling tot de originele driewielige Brütsch.
Friedrich zag zich toen niet langer verplicht royalty's aan Brütsch te betalen, wat leidde tot een rechtszaak die Friedrich won. De rechters erkenden dat de oorspronkelijke Brütsch-constructie zowel nutteloos als gevaarlijk was.
Hoewel de beroemde Tatra-ingenieur had meegewerkt aan de bouw van de Spatz, belette dit niet dat het vaak eindigde in een wagenbrand. Het had een synthetisch kuiplichaam waarvan de grove vezels binnenin de rol van een vloeipapier in het motorgebied speelden, en geleidelijk de druppels benzine en het olieachtige mengsel absorbeerden. Tot op een mooie dag: toen stak de hete uitlaatpijp die van achter de stoelen door de motor liep, door een elektrische vonk of de elektromagnetische doos het geheel in brand.
De vader van de mus, Egon Brutsch, was zelfs wettelijk gewaarschuwd dat zijn constructie niet geschikt was voor het verkeer. de reclame beweerde nochtans "zorgvuldig uitgedacht - met liefde gebouwd".
Van de 1588 exemplaren die tussen 1956 en 1958 werden geproduceerd, 859 als "Spatz" en 729 als "Victoria 250", waren er aan het einde van het tijdperk van de kleine auto's veel in vlammen omgekomen.
TIP: Parkeer daar nu niet naast op een evenment hé. (dixit Kurt Peeters)